Wegbereider met pretoogjes ✨ Interview met Gavin Byars

terug naar alle stories
Gepubliceerd op 16/11/23
In de jaren 1970 verzette Gavin Bryars, samen met zielsverwanten als Brian Eno, Philip Glass en Steve Reich de bakens van hedendaagse compositie. De eerste zaadjes van een internationale carrière werden in België geplant, maar de grote erkenning zou pas veel later komen, met de onwaarschijnlijke hit ‘Jesus’ Blood Never Failed Me Yet’.
Vandaag, tachtig lentes jong herneemt hij in het MSK de historische set die hij 37 jaar geleden met zijn ensemble op dezelfde plaats neerzette en brengt hij een bloemlezing van zijn meest iconische composities bij Ha Concerts.

Een interview door Stijn Buyst

Voordat u zich op het componeren stortte, hebt u, samen met gitarist Derek Bailey en drummer Tony Oxley, zowat de Europese variant van de free jazz uitgevonden. 

‘Die twee woonden in Sheffield en vroegen me op een bepaald moment om de bassist te worden voor hun vaste zaterdagmiddagoptreden. Als auditie moest ik ‘Moment’s Notice’ van John Coltrane spelen, een heel snel stuk met twee akkoordwissels per maat. Volstrekt krankzinnig, maar op een of andere manier overtuigde mijn spel hen.

We speelden aanvankelijk harmonische jazz in de trant van Coltrane, Miles Davis en Eric Dolphy, maar zoetjesaan evolueerden we naar meer experimenteel, vrijer spel. In de Londense jazzscene circuleerden naar verluidt geruchten over kerels die ergens tegen de poolcirkel in de sneeuw iets helemaal nieuws brachten. (gniffelend) Dat waren wij, in Sheffield.’ 

In de Londense jazzscene circuleerden naar verluidt geruchten over kerels die ergens tegen de poolcirkel in de sneeuw iets helemaal nieuws brachten. (gniffelend) Dat waren wij, in Sheffield.

Gavin Bryars

Fred van Hove

Rond dezelfde tijd maakten hier in België mannen als Fred van Hove en Cel Overberghe een gelijkaardige evolutie door. 

‘Ja, net als Misha Mengelberg en Han Bennink in Nederland en Peter Brötzmann in Duitsland.

Hoewel ik die muziek in 1966 vaarwel heb gezegd, heb ik die muzikanten allemaal ontmoet, doordat ik bevriend bleef met Derek.’ 

Waarom bent u zo abrupt met improviseren gestopt?

‘Ik raakte in die tijd geïnteresseerd in compositie, en meer specifiek in wat John Cage, Morton Feldman en Earle Browne deden. Van Cage onthield ik het idee om de muziek vanop een afstand te bekijken, en meer objectief te werk te gaan, terwijl onze vrije improvisatie net heel subjectief was.

Ik voelde ook dat ik op mijn eentje grenzen zou kunnen overschrijden die ik binnen dat trio niet kon slechten.

De concrete aanleiding kwam er op een avond in november 1966, toen we net onze derde show van het weekend hadden gespeeld. Er kwam een man naar mij die vroeg of hij even op mijn bas mocht spelen. Vervolgens begon hij maniakaal op en neer te gaan over de nek van het instrument: het klonk allemaal prima, maar ik voelde aan alles dat hij geen flauw benul had waar hij de muziek naartoe nam.

Toen dacht ik ‘Als ik hier zo lang voor gewerkt heb, en hij geraakt hiermee weg, wat is het nut hiervan dan nog?’ Die avond heb ik mijn bas opgeborgen om ‘m zeventien jaar niet meer aan te raken. Beetje kinderachtig van mij, misschien.’ 

Die avond heb ik mijn bas opgeborgen om ‘m zeventien jaar niet meer aan te raken. Beetje kinderachtig van mij, misschien.’

Gavin Bryars

Uw vriend Brian Eno vertelde ooit dat hij in de jaren zeventig niet besefte hoe klein jullie wereldje eigenlijk was. Hij dacht hij een paar leden van de Fluxus-beweging kende, maar na een tijdje drong het tot hem door dat er niet meer leden waren dan de mensen die hij kende. 

‘Zo was het echt. Zelf werkte ik met John Cage, Christian Wolff, Alvin Curran en Robert Ashley: dat was een grote gemeenschap van verwante geesten, verspreid over Amerika en Europa. We waren outsiders, die geen opdrachten van orkesten of subsidies kregen. Door mekaar te helpen ontstond er een krachtige verwantschap, zowel praktisch als emotioneel.

Toen Steve Reich en Philip Glass in 1970 voor het eerst naar Europa kwamen, speelden we ook allemaal in dezelfde groep. Ik herinner me dat Philip een concert gaf in het Royal College of Art en het publiek uit zes mensen bestond. Hun muziek is eigenlijk niet veranderd, maar hun status duidelijk wel.’ 

Heeft uw verleden als bassist wel nog een rol gespeeld in uw latere gecomponeerde werk?

‘De bas is letterlijk the root of everything. Ik heb nog steeds twee bassisten in mijn ensemble. Toen mijn vriend, de bassist Steve Swallow, een foto van mijn zoon met zijn eerste contrabas zag, zei hij ‘Ik hoop dat hij snel het plezier ontdekt om een mooie grondtoon te spelen op de eerste noot van de maat.’ Dat is het helemaal…

Toen ik zelf nog veel contrabas speelde, kon ik elke bassist op het gehoor herkennen, of het nu Richard Davis, Percy Heath, David Izenzon of Chuck Israels was.’ 

De bas is letterlijk the root of everything. (...) Toen ik zelf nog veel contrabas speelde, kon ik elke bassist op het gehoor herkennen, of het nu Richard Davis, Percy Heath, David Izenzon of Chuck Israels was.

Gavin Bryars

Uw composities zijn altijd conceptueel van opzet.

‘Ik begin nooit aan een stuk zonder eerst een concept af te bakenen.’ 

Het beste voorbeeld is wellicht ‘The Sinking Of The Titanic’, waarvoor u heel veel research gedaan hebt. 

‘Dat stuk is heel traag tot stand gekomen. Het begon als een vaag idee, in 1969, toen ik nog lesgaf aan een kunstschool. Het idee was een imaginaire partituur, waarbij het publiek zich de muziek moest inbeelden die het orkest speelde terwijl de Titanic zonk.

Maar in 1972 vroeg iemand me om een versie voor orkest te maken, en toen moest ik dus aan de slag. Het verhaal dat het orkest bleef doorspelen – nobel en krankzinnig tegelijkertijd – was toen al bekend én bewezen: een radio-operator heeft daar vanop een sloep over bericht. 

Het idee dat ik had voor het stuk, was dat de muzikanten ook onder water verder speelden. Daarvoor moest ik eerst uitzoeken welke hymne er gespeeld was, want daarover liepen de getuigenissen uiteen. Mensen herinnerden zich een andere hymne dan de radio-operator, terwijl feitelijk kon worden aangetoond dat ze op het ogenblik dat het schip zonk al in een reddingssloep mijlen verderop zaten. Ze herinnerden zich dus wat hen later verteld was.

(gniffelend) Nu, ik ging zo’n oud besje dat zich de verkeerde hymne herinnerde, niet vertellen dat ze een stomme oude vrouw was…  Het stuk speelt ook met dat idee van verwrongen herinneringen. Voor de melodieën heb ik me dus gebaseerd op een combinatie van de hymne die waarschijnlijk gespeeld werd en de hymne die sommige passagiers zich foutief herinnerden. 

Ik heb ook research gedaan naar de muzikanten, dat ging wél makkelijk: uitgerekend de bassist bleek in dezelfde straat gewoond te hebben waar ikzelf toen woonde.’ 

Het stuk bevat geen piano, omdat het orkest de piano niet op het dek kreeg?

‘Ik heb nog uitgezocht of de piano’s in de liften pasten, maar op het moment dat het schip aan het zinken was, waren die liften al niet meer functioneel.’ 

Wel sneu voor de pianist dat hij niet kon deelnemen aan dat historische heldhaftige moment. 

‘Wel, het waren twee pianisten. Ik mag hopen dat ze voor hun leven gerend hebben. Ik heb niet kunnen ontdekken of ze het overleefd hebben, maar als ze het al gehaald hebben zijn ze daar wellicht héél stilletjes over gebleven.’ 

Uw beroemdste compositie is wellicht ‘Jesus’ Blood Never Failed Me Yet’, die draait helemaal rond een opname van een dakloze die een mantra-eske, heel kwetsbare melodie zingt. Dat stuk is onwaarschijnlijk populair, enig idee waarom? 

‘Toen ik het stuk in 1975 voor het eerst opnam, voor Brian Eno’s Obscure platenlabel, kregen maar heel weinig mensen het te horen, omdat er weinig promotie was. En zij die het wel hoorden vonden het doorgaans rubbish.

Maar voor sommige mensen die de plaat – bijna per ongeluk – wel hoorden, werd ze heel belangrijk. Tom Waits vertelde me, lang voordat we samenwerkten, dat het zijn favoriete plaat ooit is.

Een van de eerste opvoeringen van dat stuk was trouwens in België. Voor Europalia 1973 had Hervé Thys van het Brusselse Paleis voor Schone Kunsten Godfried-Willem Raes (van Logos Foundation, sb) naar Engeland gestuurd om te kijken wat er in de underground gebeurde.

België keek in die tijd met een heel open vizier naar muziek. De reden dat de versie die we in 1992 op vraag van Philip Glass opnamen zo populair werd, ligt denk ik in het feit dat de wereld ondertussen veranderd was: toen ik het stuk voor het eerst opnam, werden daklozen nog beschouwd als figuren die min of meer uit eigen keus in de rand vertoefden, maar in de jaren 1990 waren het gewone familiemensen met tegenslag geworden: jij en ik dus. Al zal het feit dat Tom Waits meezong, ook wel geholpen hebben.’ 

Derek Bailey vertelde graag dat hij met de nek aangekeken werd als improv-muzikant, maar dat de simpele mededeling dat hij op ‘Jesus’ Blood’ had meegespeeld, ‘m altijd gratis pinten opleverde in de pub. 

‘Ja, dat vond hij heerlijk. Dat was helemaal anders bij de klassieke muzikanten die ik voor de eerste opname moest inhuren: die kwamen me achteraf smeken om niét op de hoes vermeld te worden, dat zou slecht zijn voor hun reputatie.

Bij de opnames in 1992 was het omgekeerd: één gitarist bleef me maar bellen om zeker te zijn dat ik zijn naam juist zou spellen.’ 

Gavin Bryars Ensemble - MSK 1985

Toen jullie in 1986 in het MSK speelden, was dat de eerste keer dat jullie als het Gavin Bryars Ensemble speelden?

‘Dat klopt, we hadden al wel samen gespeeld, maar het was de eerste keer dat we als Gavin Bryars Ensemble werden aangekondigd. Het mag trouwens gezegd dat het een heel loyaal ensemble is, dat uit uitmuntende muzikanten bestaat. Met de gitarist werk ik bijvoorbeeld al dertig jaar samen.’

Het programma dat we op 15 december in het MSK te horen zullen krijgen is bijna identiek aan de performance die jullie daar in 1986 brachten, tijdens het Off Off festival. 

‘We zullen aangepaste versies van die stukken brengen. In 1986 had ik melodisch slagwerk in het ensemble en die instrumenten gebruik ik nu niet meer, om maar iets te zeggen. De meeste van die partijen worden nu door de gitarist gespeeld. De muziek zal grotendeels hetzelfde zijn, maar met een lichtjes andere klankkleur.’ 

Eén stuk dat in 1986 in het programmaboekje stond, gaan jullie nu niet spelen. 

‘Dat was ‘Englisak’, een adaptatie van een stuk voor twee zangers en vier piano’s, waarbij Alexander Balanescu de zangpartijen vertolkte op viool. Maar we hebben dat stuk daarna nooit meer gebracht en het voelde logisch om het nu ook niet te brengen. Dat zou toch een beetje muzikale archeologie zijn, en weinig relevant voor mij.’ 

Ok, dankjewel voor het gesprek. Ik kijk uit naar de concerten.

‘Wel, ik ook. Ik ben nog altijd dankbaar voor de kansen die België me gegeven heeft vroeg in mijn carrière. Ik kijk er altijd naar uit om in Antwerpen, Gent, Brussel of Brugge te spelen.

Ik hou van jullie prettig gestoorde mentaliteit, levensvisie en jullie gevoel voor humor. En dan heb ik het nog niet over jullie fantastische eetcultuur gehad.’

Ik ben nog altijd dankbaar voor de kansen die België me gegeven heeft vroeg in mijn carrière. Ik kijk er altijd naar uit om in Antwerpen, Gent, Brussel of Brugge te spelen.

Gavin Bryars

Gavin Bryars Ensemble: 'Iconics works'

Met iconisch werk als The Sinking of the Titanic en Jesus' Blood Never Failed Me Yet

Aanvang: 20:15 Laatste tickets

Gavin Bryars Ensemble: '1986 revisited'

Re-enactment van een legendarische avond

Aanvang: 20:00 Tickets

Nieuwsbrief

Subscribe

Ontvang algemeen nieuws, een jazzbrief van de programmator of enkel het programma voor kinderen.

Ik schrijf mij in

Door in te schrijven, ga je akkoord met ons privacybeleid.