Het grootste Gentse taalbad? Dat vind je op basisschool De Mozaiëk. Als alle kinderen hun moedertaal spreken, klinken er op de speelplaats wel 50 verschillenden talen. Van Bulgaars tot Twi, van Arabisch tot Pools. Hilde De Clercq en Osama Abdulrasol trokken naar de Gentse toren van Babel en tonen in hun nieuwe voorstelling ‘Bablief?’ (6+) hoe het frustreert om elkaar niet te begrijpen. Maar ook hoe mooi en verbindend gebaren, beelden én muziek kunnen zijn.
Een interview van Magali Degrande met darboeka-speelster Hilde De Clercq, juf Beatrice Fernandez en enkele betrokken kinderen.
‘Heb je mij begrepen?’ Het moet zowat de meest gebruikte zin zijn op De Mozaiëk. Juf Beatirce Fernandez wacht geduldig tot ze zeker weet dat ze al haar leerlingen mee heeft. ‘Ik merk vooral dat ieders traject om Nederlands te leren anders is. Een jongetje dat hier drie jaar verbijft terwijl zijn vader aan een ingenieurproject werkt, gaat anders staan tegenover het Nederlands dan een kind dat gevlucht is en dat geen idee heeft of het ooit nog naar het geboorteland zal terugkeren.
Jonge kinderen hebben het ook iets gemakkelijker. Een kind van 10-11 jaar begint zich al zorgen te maken over zijn of haar imago en is om die reden banger om fouten te maken. Anderzijds zijn er ook kinderen die (nog) niet veel zelf spreken, maar wel al heel veel begrijpen. Die stiltemomenten kunnen ook veel waard zijn.’
Hilde De Clercq, die als professioneel darboeka-speelster zelf vaak in aanraking komt met andere culturen, maakte eerder al de jongerenvoorstelling ‘Tulp vertelt’ (2017), ook met Osama Abdulrasol. Daarin verdwijnt een meisje in een typisch Turks bloementegeltje.
Hilde: ‘Toen we een schoolvoorstelling speelden, en er redelijk wat Turkse leerlingen in de zaal zaten, begonnen ze een Turks liedje spontaan mee te zingen, zo luid dat we zelf even niets meer hoefden te doen. Osama en ik zaten daar toen echt met tranen in de ogen.’
Het echte verhaal van de Toren van Babel hebben we snel losgelaten. ‘Bablief?’ gaat voor ons over elkaar ontmoeten en over communiceren.
Hilde De Clercq
Kan je mij horen, daar in die toren?
‘Maar omdat Gent zoveel meer is dan Turks alleen, hebben we het voor deze voorstelling opengetrokken. Osama is geboren in Babylon in Irak, en dan is de Toren van Babel niet ver weg natuurlijk. Hoe je omgaat met die enorme meertaligheid en alle spraakverwarring die erbij hoort; daar wilden we graag iets over vertellen.
Met mijn darboeka kom ik wel eens langs in scholen voor muziekles, en zo hebben we enkele scholen aangeschreven om mee te doen. We wisten ook dat de school voor ons meer moest worden dan een inspiratiebron.
We hebben vijftien leerlingen van De Mozaiëk actief betrokken, zijn er in januari theaterworkshops komen geven, en zullen beelden die we toen van de leerlingen gemaakt hebben tijdens onze voorstelling projecteren. In die projecties spelen de kinderen ook elk een rol.’
IJsjes zijn in alle talen vies
‘Toen we de vraag kregen, hebben we de kans met beide handen gegrepen,’ zegt juf Bea. ‘We hebben onze kinderen echt zien groeien tijdens de theaterworkshops. Sebastian bijvoorbeeld, een jongetje uit Mexico dat in de klas heel stil en dromerig is, kwam op het podium helemaal los. Ook omdat hij gewoon in het Spaans mocht spreken.’
Sebastian: ‘Ik herinner mij dat we ons allerlei gevoelens moest inbeelden. Dat kon ik goed.’ ‘En ik moest leren dirigeren,’ valt Alex uit Turkije hem bij. ‘Het leukste was toch toen we op een blok moesten gaan staan en we in onze eigen taal mochten roepen welk eten we lekker vonden en wat niet. Ik heb toen gezegd dat ik geen ijsjes lust,’ zegt Patrick uit Polen.
De vijftien kinderen hebben zo elk hun eigen herinneringen aan de workshops. Maar als je ernaar vraagt beginnen ze wel spontaan te zingen. Alsof ze letterlijk in de muziek een gemeenschappelijke taal hebben gevonden.
Het is een soort Alice in Wonderland- avontuur geworden, waarin ook de rijke Iraakse vertelcultuur nooit ver weg is.
Hilde De Clercq
Hilde: ‘Het echte verhaal van de Toren van Babel hebben we snel losgelaten. ‘Bablief?’ gaat voor ons over elkaar ontmoeten en over communiceren. Toen we de oefening deden om elkaar de weg uit te leggen, maar iedereen dat in zijn eigen thuistaal moest doen, is er veel gelachen.
Dat komt terug in de voorstelling: hoofdpersoon Jasmin komt aan de poort van een toren met heel veel verschillende kamers. Aan iedereen die haar pad kruist, vraagt ze waar haar broertje zou kunnen zijn, maar niemand spreekt dezelfde taal als zij, waardoor ze weer naar de volgende kamer moet om het daar op een andere manier te proberen.
Het is een soort Alice in Wonderland-avontuur geworden, waarin ook de rijke Iraakse vertelcultuur nooit ver weg is. Als Osama een verhaal vertelt, zit er altijd wel ergens een raamvertelling in. Zelfs zijn eigen migratieverhaal heeft hij een beetje moeten vereenvoudigen om de migratiedienst niet al te zeer te overweldigen (lacht).’
Bea: ‘Ik hoop vooral dat de kinderen, ongeacht waar ze staan, hun successen en vooruitgang kunnen delen met dit stuk. Ik ben zo trots op hen! Hopelijk komen hun ouders ook langs en kunnen ze met eigen ogen zien, dat het plezier dat ze aan deze voorstelling hebben gehad, boven elke schoolse taalles staat. Het was een onvertaalbare en onbetaalbare ervaring.’
Bablief? (6+) * première
Op speurtocht in een taallabyrint * met muziek uit het Midden-Oosten
15:00 Tickets